EBI’s Research: Verwachte versus gerealiseerde rendementen

dec 20, 2024

Inleiding

Elk jaar brengen veel banken en vermogensbeheerders nieuwe CMA’ s uit, oftewel aannames over kapitaalmarkten (Capital Market Assumptions). CMA’ s kunnen nuttig zijn om verwachtingen over risico en rendement vast te stellen en voor langetermijn financiële planning. Maar, zoals het oude gezegde luidt, voorspellen is lastig, vooral als het om de toekomst gaat. Zelfs goed opgestelde CMA’ s zijn geen glazen bol en kunnen, wanneer ze onjuist worden gebruikt, leiden tot suboptimale uitkomsten voor beleggers.

Hoewel het enige tijd zal duren voordat de nauwkeurigheid van de CMAs van dit seizoen kan worden beoordeeld, kunnen we eerdere prognoses van activaklassen vergelijken met de gerealiseerde resultaten. In deze analyse bekijken we de prognoses van 10 vermogensbeheerders en beleggingsadviseurs voor de 10-jarige periode van 2014 tot 2023. Onze analyse omvat de belangrijkste activaklassen die het vaakst door prognosemakers worden behandeld. Echter, bedrijven verschillen in de activaklassen waarvoor ze prognoses publiceren, waardoor het aantal prognoses per activaklasse in onze analyse varieert.

Figuur 1, Paneel A toont de geannualiseerde samengestelde nominale rendementsprognoses voor aandelen in de VS, ontwikkelde markten buiten de VS en opkomende markten (blauwe stippen) tegenover de gerealiseerde rendementen (lichtblauwe diamanten). We zien een brede spreiding in prognoses over alle regio’s. Zo variëren de prognoses voor Amerikaanse aandelen van ongeveer 5,5% tot 7,7% op jaarbasis, wat zich vertaalt naar cumulatieve rendementen over 10 jaar van ongeveer 70% tot 110%. Het gerealiseerde rendement ligt echter ruim boven deze bandbreedte, op 11,5% per jaar, wat neerkomt op een cumulatief rendement van bijna 198%. Voor aandelen uit opkomende markten was de spreiding in prognoses nog groter, hoewel alle prognoses te optimistisch bleken. Over alle regio’s verschilden aandelenprognoses van de werkelijkheid met 1,7 tot 6,8 procentpunten, met een gemiddelde fout van iets meer dan 4 procentpunten.

In Paneel B tonen we de resultaten voor subactivaklassen binnen Amerikaanse vastrentende waarden en inflatie. Activaklassen binnen vastrentende waarden hebben doorgaans een lagere volatiliteit in vergelijking met aandelen, maar we zien toch een aanzienlijke spreiding in prognoses, tot wel 2 procentpunten op jaarbasis. Wat de voorspellingsnauwkeurigheid betreft, onderschatten alle bedrijven de inflatie, en de meeste bedrijven overschatten de obligatierendementen. Het gerealiseerde rendement lag buiten de volledige prognosebandbreedte voor zowel staatsobligaties als bedrijfsobligaties met hoge kredietwaardigheid. Over het geheel genomen varieerden de voorspellingsfouten van 0,1 tot 3 procentpunten.

Paneel C rapporteert de resultaten voor Amerikaanse vastgoedfondsen (REITs) en grondstoffen. De prognoses voor REITs zaten er gemiddeld ongeveer 1 procentpunt naast, met een foutmarge van 0,3 tot 1,8 procentpunten. De prognoses voor grondstoffen vertoonden de grootste foutmarge in onze studie: zelfs de beste prognose week meer dan 3 procentpunten af, met een gemiddelde afwijking van iets meer dan 5 procentpunten ten opzichte van de realiteit.

 

Prognose versus gerealiseerde nominale rendementen van belangrijke activaklassen (%), 2014–2023

Hoewel sommige prognoses dichter bij de werkelijke uitkomsten lagen dan andere, bleek geen enkel bedrijf consequent accurater te voorspellen dan de rest. Deze resultaten komen overeen met die van andere studies die verschillende tijdsperioden of CMA-aanbieders hebben onderzocht. Gezien de variabiliteit in de nauwkeurigheid van CMA’ s, is het de moeite waard om te overwegen hoeveel waarde hieraan gehecht moet worden bij het samenstellen van portefeuilles.

In plaats van te vertrouwen op een glazen bol die niet bestaat, kan het plannen voor een mogelijke reeks uitkomsten beleggers beter voorbereiden op wat komen gaat. Bij het stellen van verwachtingen over mogelijke uitkomsten geloven wij dat een verstandig vertrekpunt is om te kijken naar de langetermijnprestaties van activaklassen, informatie uit realtime marktprijzen te integreren wanneer relevant, en rekening te houden met een breed scala aan mogelijke waarden.

Jan de Vries

Jan is founding partner van EBI Capital. Binnen EBI Capital is Jan verantwoordelijk voor de wetenschappelijk onderbouwde beleggingsfilosofie.

jan@ebicapital.nl
06 – 46 44 51 48

Heb je vragen of wil je reageren op dit artikel? Schroom niet om contact met ons op te nemen!

Rendementen uit het verleden zijn geen garantie voor de toekomst.